Over de Prins die stierf

De thema’s coma, hersendood, bewustzijn, orgaandonatie, leven en dood hebben in één week tijd niet zo de boventoon gevoerd in de traditionele en sociale media als in de afgelopen week.

Over de prins die stierf…
De EO zond in twee delen een Deense documentaire uit over het meisje dat niet wilde sterven en in diezelfde periode overleed Prins Friso aan complicaties die zijn opgetreden ten gevolge van de hersenbeschadiging veroorzaakt door zuurstoftekort bij zijn ski-ongeval op 17 februari 2012 in Lech, Oostenrijk.

‘Na een behandeling op de intensive care van het Landeskrankenhaus in Inssbruck werd de Prins begin maart 2012 overgebracht naar het Wellington ziekenhuis in zijn woonplaats Londen. Sinds november 2012 vertoonde Prins Friso tekenen van zeer gering bewustzijn (‘minimal consciousness’), een toestand waarin zich sindsdien geen veranderingen hebben voorgedaan. Begin juli 2013 werd hij overgebracht naar Paleis Huis ten Bosch.’ Zo luidt het Communiqué van de Rijksvoorlichtingsdienst.

Meeleven
Het leek even of heel Nederland meende zijn of haar medeleven te moeten uiten en zo liep er zelfs een ticker tape mee in de uitzending van RTL Boulevard waarop te lezen was hoe erg het is om 1,5 jaar in coma te liggen en dan te sterven. Het blijkt in onze tijd voor velen dé manier om aan te geven hoe graag we meeleven, hoe betrokken en empathisch we zijn. Meestal gaat het dan om eerste, emotionele reacties die vooral onze eigen gevoelens van onmacht vertolken. Ons ware meeleven en onze diepere gevoelens, beleven we pas in de stilte die al dan niet volgt.

Want hoe erg is dit? En voor wie? Vast staat dat het voor directe naasten een hele opgave is om er in alle machteloosheid bij te blijven en het uit te houden in onzekerheid en niet-weten. Mij boezemt dat groot respect en ontzag in voor de weg van de mens. En héél indringend sprong mij in de afgelopen dagen het gedicht Eb van Maria Vasalis in gedachten. In een bepaalde periode in mijn leven was dit een gedicht wat mij diep raakte. Het deed mij beseffen dat, hoe onwetend en onzeker ik ook over de toekomst was, dat een diepere laag ín mij wist dat dit de tijd was die niet verloren zou gaan. Het gedicht luidt:

Ik trek mij terug en wacht
Dit is de tijd die niet verloren gaat:
Iedere minuut zet zich in toekomst om.
Ik ben een oceaan van wachten,
Waterdun omhuld door ’t ogenblik.
Zuigende eb van het gemoed,
dat de minuten trekt en dat de vloed
diep in zijn duisternis bereidt.
Er is geen tijd. Of is er niets dan tijd?

Wat weten we nu eigenlijk van het mysterie van leven en dood waardoor we in staat zouden zijn te beoordelen of iets erg is? Vanuit ons dagelijks bewustzijn oordelen we al gauw over hoe erg iets is, maar op de grens van leven en dood waarin we in verbinding komen met een andere realiteit, zouden we wel eens tot een andere slotsom kunnen komen.

Prins Friso lag 1,5 jaar in coma en werd ‘uitstekend en toegewijd verzorgd’. Daar spreekt een onuitsprekelijke, ja onvoorwaardelijke liefde uit. En zo lang de Prins in coma lag, omhuld en gedragen door deze liefde, en nog altijd verbonden met zijn lichaam, kon hij niet sterven. Ik kan me niet aan de gedachte onttrekken dat iedere minuut in deze 1,5 jaar zich voor hem en zijn naasten in toekomst omzette. Een toekomst die nu een aanvang heeft genomen. Prins Friso vervolgt zijn weg. Het is, zoals Pim van Lommel onlangs in een uitzending van de NTR Academie aangaf: ‘Wie wij zijn, leeft aan tijd en ruimte voorbij’. In dit licht bezien, zo zou je kunnen stellen, is dit voor de Prins en voor iedereen die van hem houdt, een vreugdevol gebeuren, hoe overrompelend voor ons dagelijks bewustzijn ook. En hoezeer hij ook door zijn geliefden gemist zal worden.

Andere werkelijkheid
Iemand in een coma lijkt elders te vertoeven, niet hier bij ons, maar toch ook niet helemaal weg. Het heeft veel weg van het vermogen van een stervende om zich tussen meerdere realiteiten te bewegen om dan ineens even in een andere werkelijkheid te verwijlen.

‘Waarom kies je niet voor waar je het liefst bent’, vroeg een vrijwilliger aan een stervende die haar vertelde dat ze in twee werelden leefde. Zij gaf aan dat ze twijfelde, nog geen keus kon maken, iets hield haar nog hier. (uit: In het licht van sterven). Iets hield ook Friso nog hier en een liefdevolle, toegewijde verzorging is dan wat van ons wordt gevraagd. Die kreeg hij ook en daarmee ging de tijd die hij nog hier was niet veloren maar werd liefdevol omgezet in toekomst. Wat mij trof, en wat mij eerder was ontgaan, is dat Prins Friso thuis bij zijn moeder was toen hij stierf in plaats van in de toch wat meer onpersoonlijke omgeving van het Wellington Ziekenhuis, waar zonder twijfel zijn verzorging uitstekend was.

Stervenden lijken in staat te zijn hun moment van sterven te kiezen. Het is alsof zij wachten op de komst van familie of juist op het vertrek van familie. Dat Prins Friso er op Paleis Huis ten Bosch, op een onbewaakt moment tussen uit glipt zou daarmee alleszins te maken kunnen hebben.

Na de eerste (media)hype rondom zijn sterven, is het fijn te merken hoe Nederlanders hun respect tonen aan de Prins en de Koninklijke familie door zich terug te trekken en te wachten en de Prins daarmee een uitvaart te gunnen, die wars van protocollen, in overeenstemming was met wie hij ten diepste is en hoe hij dat zou hebben gewenst.

Lees ook: Het meisje dat niet wilde sterven

Ineke Visser (Koedam) werkte in hospices als vrijwilliger, coördinator, trainer en onderzoeker voor Peter Fenwick (UK) naar end-of-life-experiences. Zij is initiatiefnemer en voorzitter van het Landelijk Expertisecentrum Sterven en auteur van diverse boeken waar onder ‘In het licht van sterven, ervaringen op de grens van leven en dood’. Het is haar missie om bij te dragen aan verruiming van ons collectieve bewustzijn over sterven.